‘In maart, toen de ijspegels van de daken drupten, hoorden we de lente al galopperen. Sneeuwklokjes lieten we in het bos staan. We wachten tot mei. We gingen aardbeien plukken.’
Liefhebbers van Joseph Roth, en meer gevluchte schrijvers van toen als Brecht, Mann en Zweig mogen dit grootse kleinood niet missen. In feite niemand, het vertelt een stuk geschiedenis die nu weer of nog steeds doordreunt.
Het alter ego Naphtali Kroj vertelt over de geboorteplaats van Roth, liggend aan de oostgrens van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie, in ’39 werd het nazi-Duitsland, later Rusland waarna dit gebied tot Oekraïne hoorde. Nu al drie jaar bezet door Rusland.
Door het bovenstaand citaat zal niet direct gedacht worden dat ‘Aardbeien’ over Galicië gaat, met alle geschiedenis zoals nu bekend is. Roth was inmiddels bekend geworden met zijn Radetzkymarsch, woonde toen in Berlijn en vluchtte in ’33 naar Parijs voor een persoon waarvoor hij in de krant de lezer al tien jaar lang opmerkzaam maakte.
‘In mijn jonge jaren stond ik dus op goede voet met de overheid. Later kwam daar verandering in. Het waren nieuwe tijden en nieuwe overheden.’
Het manuscript of idee voor ‘Aardbeien’ kon hij niet kwijt aan uitgevers, een voorschot bleef uit. Delen uit deze novelle werden verwerkt in andere boeken. Daardoor kunnen echte kenners herkenning in personages ervaren in andere romans.
Waarom dit ook een ‘nu naar de boekhandel is’: de werkelijk schitterende illustraties van Koen Broucke én de vertaling plus het uitgebreide nawoord van Els Snick, zeer waardevol.
Het is alsof je zelf rondloopt in de plaats Brody. Je ziet kleuren, je ruikt blad, je ervaart armoede. Tegelijkertijd denk je dat de geschiedenis zich herhaalt, dat we niets maar dan ook niets… vul maar in.
Eén zin kan in diverse context worden geplaatst:
‘Die nacht leerde ik dat het gemakkelijker is om een ongelovige uit te leggen wie God is dan een dief duidelijk te maken wat eerlijkheid is, een eerlijk mens is.’
Een prachtige toevoeging aan de plank klassiekers in de kast, en vooral prachtig uitgevoerd. De laatste illustratie maakt het helemaal af, terwijl het verhaal niet af is. Toch voelt het gevonden manuscript als compleet, het open einde geeft volop ruimte om zelf na te denken.
Joseph Roth, Aardbeien, illustrator Koen Broucke, vertaler Els Snick, Van Oorschot, 2025, 96 blz., 9789028251380
Aanvulling Mireille: Knap zoals Roth in weinig bladzijden een gemeenschap op papier neerzet. Associërend vertelt hij een geschiedenis van een dorp: een uitspraak werpt de herinnering aan een gebeurtenis of persoon op. Leidend is het leven van Roths alter ego. Ik ben erg benieuwd waartoe dit Aardbeien-fragment zou hebben geleid als Roth niet voor vervolging had hoeven vluchten en niet op 45-jarige leeftijd was gestorven aan alcoholisme (en armoedeverschijnselen wellicht?).
Aan de andere kant voelde het verhaal in Aardbeien in z’n bescheidenheid al best compleet aan.
De uitgeverij heeft er een enorm goed verzorgde uitgave van gemaakt met vertaler Els Snick en illustrator Koen Broucke. Zijn schilderingen geven de lezer de indruk werkelijk in een andere wereld te zijn zonder d.m.v. omlijningen en herkenbare mensen de verbeelding al te veel te sturen.