21 november 2024

Michiel J. Ris – Broersgedicht

‘Jona,’ zei ik dan, / ‘schrijf het op. Nu is het nog vers en kan je
’t even levendig naar papier vertalen / als je het vertelt nu.’

De ik vertelt over zijn broer die ‘als mariniertje op een legerbasis’ zit, terwijl hijzelf op kamers in de stad woont. Ze zijn allebei verschillende kanten uitgegaan in het leven, maar er is in elk geval vanuit de ik begrip en waardering voor de keus van zijn broer. Hij is bang dat Jona iets overkomt, het maakt nogal verschil iets over Bagdad uit de kranten of uit zijn mond te horen.
De wederzijdse broederliefde spreekt uit onder andere deze macabere humorachtige zin: ‘Als we te pletter storten / met het vliegtuig is dit onze laatste omhelzing, broertje.’

Ondertussen leidt de ik zijn eigen leven in de stad waar hij, heel subtiel neergezet, homohaat ervaart en de liefde ontdekt. Ook zijn er gedachtes over forensen en een werkleven (‘doodmoeë aanblik van de mens op weg naar het eind van de dag’). Zo heeft iedereen zijn eigen sores.

De grootste en ook best beschreven vertwijfeling komt vanaf bladzijde 51. ‘Ik weet niet meer zo goed of ik gelukkig word / van Jona z’n verhalen. (…) Maar liever dat, ja, duizendmaal liever dat / dan toe te moeten kijken hoe een nieuwslezer / het slechte nieuws brengt aan mijn moeder’. Je voorvoelt misschien al wat er gebeurt. De regels erna bevestigen het.

Broersgedicht leest als één lang gedicht dat veel weg heeft van een Oudgrieks epos. Tot nu toe onvermeld gelaten, maar er zijn ook een heleboel verwijzingen naar de oude mythische verhalen en in de eerder genoemde pagina’s kun je het verhaal van Medea van Sophocles herkennen. Gezien de verwijzing op een andere bladzijde is de Nieuwgriekse poëet Kavafis tevens inspiratiebron geweest.

Met Broersgedicht heb je een uniek modern epos in handen, doch een stuk korter. Michiel J. Ris bewijst echter dat je met minder woorden net zo krachtige observaties kunt neerpennen.
Het geheel is met zorg vorm- en uitgegeven door uitgeverij HetMoet.

Michiel J. Ris, Broersgedicht, HetMoet, 52 blz., 2024, 9789083312682.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *