In de voetsporen van mijn grootvader las in pdf-vorm al prettig en nu ik het in handen heb, snap ik waarom. Het boek heeft een fijn formaat en lettergrootte. Dat maakt een verhaal over iemands familiegeschiedenis, waar je als lezer onbekend mee bent, wel zo toegankelijk.
Margot Dijkgraaf opende in de coronaperiode een koffertje dat onder haar moeders bed lag. Daarin vindt ze verschillende foto’s en documenten van haar grootvader, die ze nooit gekend heeft. In een door hem geschreven artikel leest ze over Penthesilea, de mythische koningin van de Amazonen. Rond 1920 schreef hij dus over een bijzondere vrouw in de letteren, net als Dijkgraaf ook in bijv. in Zij namen het woord een paar jaar geleden heeft gedaan. Een speurtocht in de Zeeuwse geschiedenis begint – haar grootvader zat op de hbs in Goes – en daarmee ook naar zijn literaire voorbeelden.
In het boek komen deze als vanzelf ter sprake, met als gevolg dat ik vanalles heb toegevoegd aan mijn leeslijst. Heinrich von Kleist en P.C. Boutens bijvoorbeeld; van de laatste heb ik een mooie uitgave van uitgeverij HetMoet.
Je vindt verder waardevolle aanvullingen tussen de kaft: stamboom van de familie, fotokatern en uitgebreide literatuurlijst.
Deze korte bespreking is geschreven n.a.v. een interview dat ik met haar hield voor de Boekenkrant.
Margot Dijkgraaf, In de voetsporen van mijn grootvader, Atlas Contact, 2021, 216 blz., 9789045044958.