“Ik was trots op mezelf dat ik iets verzonnen had waar mensen plezier aan beleefden. Ik had iets genomen uit de werkelijkheid en het verdraaid en uitgesponnen tot het meer was dan wat er echt gebeurd was. Tot het meer was dan de waarheid.”
Mary Shelley is veertien als ze de zomer doorbrengt bij de Schotse familie Baxter om aan te sterken. Ze raakt erg goed bevriend met leeftijdsgenoot Isabella Baxter en samen brengen ze veel tijd met elkaar door. Op een dag stuiten ze op een ondefinieerbaar iemand. Of iets. Is het eigenlijk echt?
Vier jaar later, het jaar 1816, is de achttienjarige Mary met haar echtgenoot Percy Shelley op bezoek bij vrienden aan het Meer van Genève. ’s Avonds vertellen ze elkaar spookachtige verhalen. Ze dagen elkaar uit om een soortgelijk verhaal te schrijven. Haar herinneringen voeren haar terug naar haar tijd met Isabella. Uit haar hand wordt Frankenstein geboren.
De hertelling van Frankenstein door Maria Postema las ik een paar jaar geleden al. Verder dan wat informatieve websites over Mary Shelley zelf was ik nog niet gekomen. Neem dit onderwerp en daarbij mijn liefde voor historische romans en mijn interesse was gewekt.
Ten tijde van het schrijven van deze recensie heb ik Mary al even uit en nog steeds weet ik niet goed waar te beginnen. Het is gewoon een erg goed verhaal, maar ja… in een recensie lezen we nu eenmaal graag waarom iets dan zo goed is. Na wat denktijd ben ik erachter waar hem dat in zit. Dat zijn niet alleen de goed uitgewerkte personages, het onderwerp, de goed neergezette setting. Nee, het zit hem voornamelijk in de manier waarop dit boek is geschreven. Taal maakt het boek.
Tijdens het lezen heb ik mij regelmatig afgevraagd of dat wat Mary en Isabella zagen of dachten, wel echt was. Het was alsof mijn hersenen een loopje met mij namen en bijna alles voor waar aannamen. Dat is gek, want buiten boeken geloof ik hier helemaal niet in. Daar zit nu net de kracht van dit boek en daarmee van Anne Eekhout.
Door gebruik te maken van twee verschillende soorten vertellers, wordt het verhaal op twee verschillende manieren neergezet. De veertienjarige Mary vertelt het verhaal zelf, het verhaal van de achttienjarige Mary wordt verteld vanuit de derde persoon. Door in de herinnering van Mary vanuit de eerste persoon te lezen, zit je veel meer in het heden van toen. Het verhaal van Mary in Zwitserland voelt iets afstandelijker door de derde persoon, maar het creëerde voor mij meer overzicht. De monsters, de heksen en de rest, waar begint waanzin en eindigt de werkelijkheid? Waanzinnige waanzin in welke werkelijkheid?
Zoals ik net al schreef zitten werkelijkheid, waarheid en waanzin dicht bij elkaar en dat is ook wat Eekhout zelf doet in dit boek. Het boek is deels gebaseerd op feiten, maar deels heeft ze haar eigen fantasie de vrije loop gelaten binnen de context van Mary. Op de achterflap staat dat Mary een ode aan de verbeelding is, een verhaal over creëren, over de onlosmakelijke band tussen fantasie en werkelijkheid. Dat is precíes wat het is. Voortreffelijk.
Anne Eekhout, Mary, De Bezige Bij, 2022, 382 blz., 9789403 153315
Deze recensie verscheen eerder bij De Leesfabriek.