Wat een heerlijk boek vol creativiteit en fantasie met materialen die in jouw achtertuin, in die vergeten rommelhoek, bij die alles bewarende buurman of oma kunnen liggen.
Een wereld aan herinneringen gaat open. Met direct daarna de gedachte: kinderen rommelen toch nog wel, in die jas die vies mag worden, de broek waar toch al een grasvlek in zit? Blijkbaar is er behoefte aan een boek als dit, maar gelukkig zie je op de foto’s ook van die inventieve zalige bouwsels van restmaterialen en heel veel stoere creatieve buitenkinderen.
Buitenkinderen die met een boek als dit inspiratie op kunnen doen, maar ook kunnen lezen hoe je die timmersteek knoopt of hoe je met een zakmes omgaat. Als je wat ouder bent of die gevorderde boomhutbouwer zijn de tips over een snoeizaag en een takkenschaar aan te bevelen om te lezen.
Bijna vanzelfsprekend worden verschillende hutten getoond van evenzo veel materialen. Tips hoe je aan die laatste kunt komen worden ook gegeven. Van de pagina’s over de accuboormachine kun je als volwassene vast iets leren als je altijd die ander in huis iets laat ophangen.
Een aan te raden activiteit voor scholen en bso’s. En dan niet gelijk piepen over een schrammetje of een modderspetter, daar zijn pleisters voor en een wasbeurt. Oké, mogelijk in aangepaste vorm i.v.m. alle veiligheidseisen van tegenwoordig.
Ook is er aandacht voor een hut die leeft of als juist de persoon met wie je de hut begonnen bent te maken niet meer leeft. Een stappenplan, een recept voor toversoep en het camoufleren van jouw speciale bouwwerk, je komt het allemaal tegen in dit ontzettend leuke informatieve doeboek.
Susanne Roos, Het huttenboek voor jonge klussers, Volt, 128 blz., 9789021424057