Door een aantrekkelijk omslag en een titel die lange zwoele zomeravonden voorspelt, denk je al snel aan campingvakanties waar niets moet en vriendschap vanzelfsprekend is. Het is er allemaal maar toch net wat gecompliceerder in ‘Vanavond bij de rivier’.
‘Door oma was het allemaal een klein beetje minder eenzaam de laatste maanden. Nu heb ik haar weer nodig.’
De zestienjarige Jay belt in paniek naar oma Johanna als hij signalen ontdekt dat ze toch moeten verhuizen ondanks wat eerder is tegengesproken door zijn ouders. Het huurhuis waar ze al jaren wonen zou los staan van het sportschool-faillissement. Het huis waar hij een geweldige eigen ruimte heeft en waarin hij nog enigszins kan ontspannen. Oma zal uitzoeken wat huursubsidiegrens betekent en drukt hem vooral op het hart vakantie te vieren nu ze na twee jaar weer op de vertrouwde camping zijn.
Alle vrienden zijn er weer, toch is er iets veranderd. En vakantie vieren hoe doe je dat als er nauwelijks geld is voor boodschappen of om het staangeld voor de tent te betalen, laat staan voor een terrasje? Jay heeft zich de laatste jaren veel zorgen gemaakt. Zijn vader heeft te kampen met longcovid. Hij slaapt slecht in de tent en heeft voor de voorheen gebruikelijke activiteiten geen energie. Jay heeft zijn ouders met ontzettend veel geholpen en nu blijkt dat er een en ander voor hem verborgen is gehouden. Zijn ouders doen alsof en er is een gespannen sfeer. Wat doen ze hier eigenlijk? Zijn ze alleen voor hem hier heengereden? Jay probeert die tien vakantiedagen er iets van te maken.
‘Het slechte humeur van pap kan mijn ochtend niet bederven. .. Krekels tsjirpen oorverdovend en het ruikt naar zomer. Dit gevoel ken ik alleen van hier, van onze camping in Zuid-Frankrijk.’
Toch is niet alles kommer en kwel. Als zijn vrienden eenmaal weten en begrijpen in welke situatie hij is beland, geeft dat al ruimte in Jays gedachten. Hij hoort er nog steeds bij, hij maakt er iets van. Er zijn grappige en herkenbare situaties op de afwasplaats of bij het voetbaltoernooi. Jay ziet mogelijkheden om wat te verdienen voor hen waardoor ze kunnen blijven. Idris, zijn vriend die een keer bij hem thuis was, ziet kansen voor de lange termijn. Jay bedenkt dat zijn vader en hij ook meer in toekomstgericht moeten gaan denken. Zoals gebruikelijk gaan ze op ‘familiedag’ die tegelijk het einde van de vakantie lijkt te worden.
In dit jeugdboek voor de leeftijd vanaf ong. 13/14 jaar is, zoals de omslagillustratie van Anna Grunske al doet vermoeden, verliefdheid ook een onderwerp. Als vrienden onder elkaar is er wat rivaliteit, ruimte voor verschillende relaties en ideeën m.b.t. meisjes, maar ze zijn wel een groep. De groep die ook samen de zakken chips leegt en wijn of bier nuttigt op het strand.
Jay zijn ogen vallen op de Franse campingmedewerkster die een paar jaar ouder is. Lilou heeft hem ook opgemerkt, maar is nog niet los van haar vorige vriend. Door de Nederlandse les en gezamenlijke activiteiten lijkt taal alvast geen barrière te zijn. Lilou, iemand die hèm wil begrijpen, hem ‘misschien een beetje leuk vindt’ en meegaat met de groep naar de rivier als ’s avonds de lichten uit zijn.
Jay vertelt vanuit ik-perspectief in chronologische volgorde en in niet moeilijke zinnen wat er deze dagen gebeurt. Soms staat er iets tussen haakjes vermeld wat eenvoudig uit de context valt op te maken of algemeen bekend kan zijn, bijv. het drinken van alcoholvrij bier als je nog moet rijden.
Het begin van het verhaal kan mogelijk als feitelijk worden ervaren. Dit past juist mede met de afgemeten zinnetjes goed in de opbouw van het verhaal en waardoor vanzelf de onderhuidse spanning wordt aangevoeld. Gedoseerd worden de feitjes gegeven waarna je het verhaal in één keer soepel doorleest. Een veelal onbekend gegeven is bijv. dat je niet zomaar op vakantie mag gaan als je onder bewind staat.
De emoties waarmee Jay te kampen heeft omtrent een eerste liefde, tiener zijn en alles rondom en loyaliteit aan zijn ouders zijn herkenbaar verwoord. In de tekst zijn woorden verwerkt die door de doelgroep worden gebruikt zoals rebound en moven.
De scènes met oma zijn heerlijk om te lezen en deze relatie komt goed uit de verf. ‘Ooms’ is een verrassende en begripvolle oma die je als tiener allemaal zou willen hebben. De achterflap belicht het verhaal gedeeltelijk, een verwijzing naar verborgen armoede of ziekte had gegeven mogen worden. Situaties waarmee veel meer jongeren hebben te maken en daardoor dit toegankelijke boek ook zullen oppakken.
Het verhaal ademt de sfeer van zomer en geeft een realistische gevoelvolle inkijk in leven met geldzorgen en ziekte in een gezin. Een boek dat makkelijk wegleest en gewoon even meereist in de vakantietas of een regendag een zonnestraaltje geeft. Je bent tijdens het lezen aan het water op warme avonden die altijd lang duren. Een fijn zomers boek voor veel lezers.
Elin Meijnen, Vanavond bij de rivier, illustrator Anna Grunske, Leopold, 2024, 208 blz., 9789025887704