5 december 2025

Roderik Six – In het wit

In de zomer van ’22 werd Monster gelezen, donker en rauw zijn woorden die bleven hangen, maar ook de gedachte: een volgende Six pak ik op. Er is een boekhandel waar ik een paar keer per jaar een en ander ga uitzoeken en precies die keer lag daar ‘In het wit‘. Eigenlijk was ik op zoek naar de nieuwe Jon Fosse van dat moment en nog een paar van dit kaliber literaire en dunnere boeken strak en goed geschreven, boeken met een groots klein verhaal. ‘In het wit‘ hoort daarbij.

‘Sneeuwen – het klinkt als de wind die met vingers van licht de kruin van een kind streelt.’

Een prachtig omslag, niets gelezen op achterkant of binnenflap. Het omslag brengt herinneringen boven aan ijsbloemen op de enkelglas ramen van weleer, ramen die je moest optrekken om te openen en waar later het water afdroop, soms een lachend gezichtje kon intekenen. Het lichte, het wit, herinnert aan de stille witte wereld die je in winters van toen nog kon meemaken. De stilte van de wind, de heldere kou van het winterlicht. Akkers met strak geploegde voren bedolven onder een sneeuwwitte vracht. Wegen waarover je door slik en blubbersneeuw wegslippend fietste, vooral in die ene bocht tijdens de bietencampagne, en helaas de bus als vervoer toch de oplossing werd – adem legde een laagje damp over het glas. Vanaf het platteland de stad in, de omgekeerde volgorde van M uit het eerste verhaal. M verwonderde zich ook over een herinnering en het bijzondere van ‘haar geest die autonoom besliste’.

Dit kale landschap leek wel experimenteel proza waarin een handvol woorden over een bladspiegel wordt uitgestrooid.

Niets lezen waarover een boek gaat, betekent ook dat je wordt verrast door inhoud en de vorm waarin een roman is geschreven.
De juiste keuze bleek al snel, want anders was het de vraag geweest of ‘In het wit’ was opgepakt. Een onderwerp waarin het in een hoofd sneeuwt, wit is, ruist zoals ooit de tv na een bepaald nachtelijk uur, is er eentje waar een eigen boek over kan worden geschreven. Een tv, ook zo’n oude uit het pré-internettijdperk, had de hoofdpersoon uit het eerste verhaal overigens al snel niet meer kunnen bedienen, laat staan van enig aanbod genieten. De koude omgeving waar je moet verblijven als je geen zeggenschap meer hebt over je leven, jezelf, is ook niet bepaald om vrolijk van te worden. Dat er werd doorgelezen heeft alles te maken met taal en opbouw. Tel daarbij op een mix van warme nuchterheid en enige humor, een levenswijze die je nodig hebt om om te gaan met leegte.
De nicotinegeur van de vaste staarbrigade: drie oudjes die in weer en wind, en begraven onder mutsen en sjaals en plaids, naast een eeuwig smeulende asbak van hun sigaret genoten.’ of ‘Hoe vaak had ze niet aan de verpleegkundige gevraagd….’ Er is herkenbaarheid in situaties en het welzijn.

Voor hoofdpersoon M is het weer, de meteorologie geen onbekende. Als promovenda van verschijnselen hierover in de moderne roman vraagt ze zich af wie toch al dat alledaagse wil lezen. Of is dit een opmerking in bredere zin? Wordt er veel, te veel, geschreven over het weer, het gewone banale van het dagelijks leven geschreven? Mag er meer poëtisch werk in de literatuur zijn? Feit is wel dat er heel wat intertekstualiteit te vinden is in de associërende gedachtegang van M op haar busreis. De bus die stopt bij een beige complex buiten de bebouwde kom. Ergens bij wat wandelgebied, het rustoord waar verkleinwoordjes te pas en te onpas worden gebezigd tegen mensen met een geleefd leven. Volwassenen die naast een kleuterschool hun oude lege dag doorbrengen. ‘Alsof je niet tegelijk stokoud én volwassen kan zijn.’ Dat het ogenschijnlijk reguliere bezoek goed is voorbereid wordt allengs duidelijk.

Er viel niets meer te bestrijden – tegen het niets kun je niet vechten.’

Hoofdpersoon M is ook dochter van. Hoofdpersoon M leeft na het eerste deel een leven verder met een bak bagage. In alle drie de delen speelt de stilte van de sneeuw, het wit, letterlijk dan wel figuurlijk een rol. In deel twee ben je even zoekende in en met het huis waar dit stuk te plaatsen. Het is of je meeloopt door de vertrekken, het kraken hoort, de tocht voelt en het witte uitzicht ziet. Als het raster van de puzzel ligt, krijgt de lezer zicht op het mogelijke geheel. De stukjes worden nauwgezet gepast en gelegd, er lijkt een opklaring, tot dat ene witte puzzelstukje deel twee drastisch sluit.
Het derde raakt mogelijk het meest. Komt het dichterbij omdat het meer in het heden is geschreven? Door zinnen als ‘Dit was een foto van haar ziel.’ en ‘het beeld kreeg geen woorden toebedeeld.‘? M heeft verlof van haar werk, er wordt over vijf maanden gesproken waarin alles grauwer werd. Flarden waaien voorbij, helderheden van toen lichten op, maar ‘Wachten zou geen werkwoord mogen zijn’. Je neemt woorden tot je, je beseft met een ingehouden adem, die puzzel, een thriller die waarheid is. M is zichzelf, van zichzelf.

‘Maar later was een bedrieglijk begrip geworden, een lege verzameling. (..) Later was dromen van ooit, later was het moeilijke nu van je afduwen. Later was nooit te laat.’

Een boek treffen waarin je bij het wakker worden wil doorlezen is een cadeautje. Zelfs een boek over sneeuw, met ijskristallen op het omslag. Zoveel citaten, treffende zinnen, de rakende titel. Het niet weten waarover een boek gaat kan je verrassen, verbazen of teleurstellen. Het gevoel klopte. ‘In het wit’ is echt goed. Tijdens het lezen werd door sfeer of schrijfwijze een ogenblik teruggedacht aan de boeken ‘De laatste dag van de veerman‘ of ‘Ochtend en avond‘. Niet de minste schrijvers. Een vergelijking maken is echter niet nodig. Zware onderwerpen worden licht in juiste taal gevat. Door de eigen, zeer zorgvuldige en mooie stijl verschijnt een volgende Six vanzelf op de boekenplank. Prachtig boek over het leven van begin tot eind, over tijd en over wit dat bedekt en laat vergeten. Leef nu, niet later.

‘Sneeuwen zou geen werkwoord mogen zijn.

Roderik Six, In het wit, Prometheus, 2025, 168 blz., 9789044659221


Eerste reactie:
kleine verhalen groots vertellen
meer vertellen? gewoon lezen
sneeuwen, ik vergeet het graag
dit boek niet, lees het vast nog een keer

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *