Sinds Portiek Zeezicht ben ik fan van Annejan Mieras haar werk. Het nog meer pakkende Homme werd na uitkomen ook vlot gelezen. Dit grootse kleine verhaal over Raaf bleef even liggen. Op de stapel ‘uit eigen kast’. ‘Lees het maar zo tegen de herfst’ kreeg ik als reactie toen ik enigszins beschaamd zei dat ik haar boek echt wel ging lezen. In een bibliotheek nog wel. Een moment, een blik. Een sombere herfstdag werd door dit advies er één met een zonnig mooi randje. De zon. De verbindende zon. De regel van Zofia: ‘In het midden van alles woont de zon.’
Eindelijk worden dan ook de boeken gelezen die al langere tijd geduldig wachten. Of er ruimte is ontstaan, er meer evenwicht is, de wereld zichtbaarder. En dan lees je een verhaal waarin de kosmos een rol speelt. Op een camping die de naam ‘Het kleine heelal’ draagt, in een ouwe caravan aan het Kometenlaantje met erachter Het Kosmosbos. Een verhaal waarin de ruimte in veel opzichten nog ver te zoeken is.
Een lege camping in het najaar waarvan je de mistroostige sfeer herkent, alles nat en stil. Een caravan met raampjes van formaat kattenluik en gele neproosjes ook. Herkenning is er niet in de onzekerheid, in de domme actie van Raaf en wat je kunt noemen het impulsieve gedrag. Je omarmt haar wel per direct.
Raaf is geschorst van school, ze woont plots in een geleende caravan met haar moeder. Moeder die ontwijkende antwoorden geeft en hard werkt voor haar ‘makkers’. Maar wil je alles weten? ‘Zolang je niks weet is alles nog mogelijk. En is thuis nog gewoon met z’n drieën. Een schrift met een irritant lieveheersbeest mee van school voor ‘wat kan er beter‘.
Vader heeft ‘oponthoud’ dat nogal lang duurt. Hij neemt geen telefoon op. Heeft de sleep nu zelf nood aan een sleep? Of wat?
Raaf ontmoet Nicolaas die permanent woont op ‘Het kleine heelal’. Ook deze tiener heeft het nodige te verstouwen. Hij leest een boek met kerstballen en ‘Niks’ voorop. Ook hij heeft een soort verlof. Een plannetje sinds september van zijn vader.
Een ‘oom’ is op zoek naar een koffertje. Er is iets met foute boel.
Met vriendin Miracle is het nu als ‘Twee sterren die dicht bij elkaar staan en om elkaar heen draaien.‘ Een vriendschap die altijd was als ‘iets vanbinnen en iets vanzelfs‘. Miracle woont nog in de Groentebuurt, dichtbij ooit Raafs huis in de Tomatenstraat, daar bij de kromme boom met schommel. Raaf tekent met Sennelier-krijtjes ‘ons verdwenen ons’. Zelfs de zomerboterhammen krijgen een plaats.
De bijpersonen als Jake, juf Norah, Gerda tot Laika en Zoef zijn als verbindingsdraadjes in het web van de verhaallijnen.
Is het allemaal triestigheid? Nee, een spontane lach bij een schepping en een spreekbeurt en al die zussen die niet een auto passen. Of te laat komen na sterren kijken, ‘het waren er nogal veel.‘ Om vervolgens een mooikriebel te krijgen bij ‘van niks en oneindig veel’, de oerknal en de hemel.
Een boek waarin je begint met lezen en door wilt gaan tot het uit is. Een verhaal waarin als kometen de emoties onverwacht een kant kunnen opschieten en gedoseerd informatie wordt aangereikt. Een enkele gebeurtenis voelt als extra, terwijl die juist de duidelijkheid kunnen geven zodat veel lezers vanaf 10 jaar dit mooie en op momenten spannende verhaal kunnen oppakken.
Onderwerpen die ertoe doen: familie, verlies, vriendschap, in hechtenis zitten, rouw, eerlijkheid, armoede. En fruittella. Over missen: ‘Oneindig groot en oneindig klein.’ Zinnen waarin geen woord teveel staat terwijl er hele doordenkzinnen zijn of ook enkele woorden die kunnen raken. Een vloeiende schrijfstijl die nuchter, bijna laconiek is en toch empathisch met een liefdevol humoristisch randje. Altijd komt weer dat straaltje zon, het vooruitkijken, het optimisme naar boven hoe uitzichtloos een situatie ook kan zijn en de oplossing niet direct voorhanden is.
Een verhaal dat stopt op het goede moment. Soms is beter gewoon beter en geeft gedachteruimte lucht. Onderzoeken zijn ook nooit klaar geeft een andere omarmende docent terecht aan.
Eén van de mooiste verhalen die ik dit dit jaar las. Dit ontzettend, zowat puntgave, lieve, gelaagde, ontroerende boek over Raaf. En Nicolaas. Het kleine heelal in die grote boekenkosmos is een blijver op weg naar een klassieker met een gouden randje. Eentje waarmee je wegkruipt op de bank of diep in je slaapzak met nog net zicht op zo’n piepklein raampje naast je stapelbed waardoor je een zonnestraal kunt vangen.
Het prachtige omslag van de hand van Evelien Jagtman is niet te missen!
Annejan Mieras, Het kleine heelal, illustrator Evelien Jagtman, Lemniscaat, 2023, 205 blz., 9789047713005
Twee linken naar ook aanraders:
Annejan Mieras – Portiek Zeezicht
Annejan Mieras – Homme en het noodgeval
En die zinnen die eruit schieten in Het kleine heelal:
‘Missen is steeds weer afscheid nemen. Steeds weer verdwalen in je hoofd. Ik wist niet dat ik zó ver kon denken. Missen is een soort heelal vanbinnen.‘
2 gedachten over “Annejan Mieras – Het kleine heelal”