Door een opvallend omslag van Maartje Kuiper word je uitgenodigd ‘Tikker’ van Brenda Heijnis op te pakken. Een mooie verzorgde uitgave en bij het openslaan wordt direct duidelijk dat er vanuit twee vertelperspectieven wordt verteld.
Twee jongens met totaal andere interesses. De één Elias, bedeesd en nadenkend, steelt direct je hart. Hij is ernstig ziek en kan zonder een nieuw hart niet overleven. De ander, Boyd, onstuimig, impulsief, zocht de grenzen van zijn kunnen op. Boyd leeft niet meer. Elias heeft nog kans op leven. Boyd kan alleen door Elias na de transplantatie worden gezien en gehoord.
‘Ik kreeg een jongen bij mijn hart cadeau, waarvan ik geen idee heb hoelang hij blijft.’
Een imaginair vriendje komt vaker voor in een verhaal, maar al tijdens de kennismaking blijkt dat dit een paranormale situatie betreft. Daar kun je als lezer even aan moeten wennen om goed door te kunnen lezen. De nieuwsgierigheid naar het verhaal van deze twee tegenpolen wint het al snel van het enigszins onbehaaglijke gevoel.
Twee losse figuren die tot elkaar veroordeeld zijn, zitten vast aan draad of ‘elastiek’. Als lezer voel je de sluimerende gewenning aan elkaar. De gesprekjes worden dialogen. Hoe verder het verhaal vordert, hoe meer de versmelting van de twee levens plaatsvindt. Er is meer begrip en aandacht voor elkaar, er is ruimte om zich open te stellen voor andere verhalen. Het punt waar Elias meer zelfvertrouwen krijgt in zijn kunnen en handelen, zijn genezingsproces vooruit gaat en er steeds minder afstotingsverschijnselen zijn. Het punt waarop Boyd eerlijk durft te zijn over wat er is gebeurd. Een foto speelt een rol. Hij wil graag rust krijgen in gedachten; hij, de ruwe bolster heeft wel een blanke pit. ‘Iemand heeft het deksel van mijn regenton gehaald en ik huil tranen voor een jaar.’ Het punt waarin ze elkaars beelden zien en elkaars gevoelens voelen. Je gaat het jammer vinden dat deze vriendschap niet kan voortduren.
Als lezer heb je nauwelijks het idee dat het verhaal zich in een ziekenhuis afspeelt, Elias’ thuis sinds maanden. Dat is bijzonder en knap want operatie en controles etc. worden zeker beschreven. Ouders komen op bezoek; de machteloosheid van de situatie wordt hierdoor mede duidelijk.
Het einde gaat in een versnelling. Moet Elias niet aan zijn conditie werken door bijv. fysiotherapie? Loopt ineens alleen buiten en gaat met de bus? Waarom moet de vriendschap met Puck verliefdheid worden, voor de jonge lezers? Enerzijds had het verhaal zonder deze punten al een mooi ontroerend einde, anderzijds geven deze punten wel aan dat Elias zowel fysiek als geestelijk gegroeid is.
Elias had het geluk dat er een donorhart voor hem beschikbaar kwam, Elias kon zijn leven oppakken.
‘Je kunt niet voor altijd bang blijven.’
Tikker, een verhaal dat je bijblijft, je vastpakt en actueel is. Een verhaal dat geen bovengrens kent in leeftijd omdat orgaandonatie een zaak is van ons allemaal om over na te denken. De vertelperspectieven, de treffende sfeer, het vlotlezende originele verhaal over een bijzondere vriendschap: het doet uitzien naar een volgende Heijnis.
‘Als ik erover nadenk, ben ik steeds met mijn eigen hart bezig, terwijl hij zijn hele leven is kwijtgeraakt.’
Brenda Heijnis, Tikker, illustrator Maartje Kuiper, Hoogland en Van Klaveren, 2019, 104 blz., 9789089673077
Eén gedachte over “Brenda Heijnis – Tikker”