Twee jaar geleden werd Strovuur genomineerd voor Beste Boek voor Jongeren. Voor een auteur vind ik het tof dat een tweede keer een boek genomineerd wordt, dat zegt iets over het kunnen van een auteur. Zelf keek ik eerlijk gezegd niet heel erg uit naar het lezen van De droomfabriek, want Strovuur lezen voelde soms als worstelen. Maar alle nominaties lezen is álle nominaties lezen, dus begon ik ook aan dit boek.
Al snel trok ik de conclusie dat ik dit boek veel toegankelijker vond om te lezen waardoor ik al een veel betere leeservaring had dan bij Strovuur. Naast dat bevindt hoofdpersoon Josie zich in een interessante situatie. Ze laat de luchtbouw achter zit en start als onbevoegd wiskundedocent op een vmbo-school in een achterstandswijk. Orde houden is lastiger dan het lijkt en met name de leerlingen in 3A doen in de les bijna nooit wat Josie wil. De situatie van Josie wordt ook niet makkelijker op door leerling Carmen die meer aandacht vraagt dan de gemiddelde leerling.
Bij de meeste boeken weet ik na het uitlezen ervan wat ik er (ongeveer) van vind. Bij dit boek wist ik het echt niet. Het is niet slecht, maar wat is dan goed? Nu ik er een paar dagen over nagedacht heb, wordt het beter.
Lange tijd gaat het in het boek over hetzelfde; de lessen die volgens Josie mislukken, de meeste leerlingen die iedere les weer iets anders doen dan zou moeten en Carmen die meer aandacht opeist. Het is niet exact hetzelfde, iedere les doet een leerling wel iets anders of valt er iets anders voor. Het voelde zoals schooldagen kunnen voelen: vaak hetzelfde. Dat ervaart ook Josie die duidelijk in het diepe gegooid is. Van der Werf schrijft het op zo’n manier dat het aantrekkelijk blijft, dat vind ik knap.
Naast de dagelijkse sleur zijn er ook problematische thuissituaties, voorvallen op school, het falende onderwijssysteem, stereotypen in de klas en net iets teveel aandacht voor een specifieke leerling.
De lastige/ijverige/Marokkaanse leerlingen en ‘de Polen’ met passend taalgebruik uit 3A komen veel naar voren en worden door veel leraren als lastig gezien. Josie reflecteert juist op zichzelf en legt de schuld van de mislukte lessen bij haar als docent. Wat kan zij doen om de lessen te laten slagen en alle leerlingen een kans te geven? Wat je ook vindt van de dagelijkse sleur: Van der Werf laat je nadenken over bovenstaande onderwerpen.
En dan is daar nog Carmen als meest besproken leerling in het boek. Josie maakt zich zorgen om haar, gaat op huisbezoek en vervolgens wil Carmen bijles. Bij Josie thuis. Op school is het gênant, door de thuissituatie kan het niet daar dus moet het bij Josie.
Carmen krijgt een steeds grotere rol in het leven van Josie. Voor Josie die woont in het huis van haar overleden opa en vrij eenzaam is met alleen papegaai Rico en exentrieke vriend Eddy, is meer aanspraak welkom. Een situatie waar je iets van kunt vinden, want bevoegd of onbevoegd: hoe ver ga je? Je hoeft geen bevoegd docent te zijn om daarover na te denken.
Een vlot geschreven boek met goede onderwerpen, maar wel met een uit de bocht gevlogen einde door de snelheid. Het boek levert in ieder geval genoeg vraagstukken op voor gesprekken met jongeren én volwassenen. Dit genomineerde boek voor Beste Boek voor Jongeren is het boek waarbij ik het meest nieuwsgierig ben naar de mening van de jongerenjury.
Gerwin van der Werf, De droomfabriek, Atlas Contact, 2022, 287 blz., 9789025472412
Eén gedachte over “De droomfabriek – Gerwin van der Werf”