21 november 2024

Jenny Valentine – Joy dl. 1, Joy

‘In onze familie zit geen greintje magie zoals in sprookjesboeken. We hebben geen opa die kan vliegen, geen oom die ergens zijn tijdmachine aan het bouwen is, of ouders die wereldberoemde ondergedoken tovenaars zijn.

Joy en haar oudere zus Claude wonen onverwacht in een keurig rijtjeshuis in het Verenigd Koninkrijk waar ‘iemand het licht en de kleuren heeft gedimd’. Opa is ouder en heeft na een val extra zorg nodig volgens moeder. Ouders die nu zeggen ‘Zet dat terug waar je het vandaan hebt’ en ‘Waar is je schooluniform?’ Joy begrijpt niet waarom alles ineens uit regels bestaat. Sinds ze bij opa inwonen is veel saai en zitten ze elkaar op de huid. Toen ze vrij primitief woonden kwam dit zelden voor en pasten ze zich makkelijk aan nieuwe situaties aan. Ze zijn nu ‘gewoon’, ‘Tot nu toe ben ik opgegroeid met vooruitkijken naar wat erna kwam.’ De magie van het verwonderen over de kleine en grootste dingen van voorheen is verdwenen. Bijna dan, want Joy weet met haar opgewekte levendige inslag doorheen dit gewone leven te fladderen voor sprankjes magie. Totdat.

Een eerste deel van een trilogie maakt nieuwsgierig. Het frisse doorlopende omslag van Marieke ten Berge ook. Een boek met aandacht voor natuur en klimaatactivisme voor een jongere doelgroep dan bijv. het boek ‘Een mooie dag om in een boom te klimmen’ waaraan de illustratie zou kunnen denken, is welkom. Er spreekt door kleur en smileys op het shirt ook positiviteit uit het geheel. Precies wat Joy dus ook in zich heeft. Totdat ze naar school moet. Waar Claude opleeft en vrienden maakt, deprimeert het Joy en kan ze zich nauwelijks aanpassen aan opgelegde regels. De zilveren randjes van de dag zijn ver te zoeken wanneer ze bij mevrouw Hunter in de klas komt te zitten. Zelf nadenken is niet gewenst. Ze mag niet eens haar schoenen uitdoen als ze een spannend boek zit te lezen!

‘We zijn met school begonnen en plotseling leven we als gewoontewezens met starre routines, als werkbijen, of dagelijkse forensen, of Thomas Eenderman Blake.’

Opa Thomas E. Blake woont in de Platanenlaan. Joy heeft er echter niet één zien staan in de straat met allemaal tegels. Ze weet veel over flora en fauna, maar helaas boompje klimmen wordt het daar niet. Opa leeft volgens een strak ingerichte dagindeling en een lach lijkt niet te bestaan. De inventieve Joy zoekt net zolang tot er een opening ontstaat in opa’s emoties, alles is tenslotte ‘een kwestie van tijd’. Ze gaat vragen stellen en leuke dingen verzinnen: spelletjes spelen en vrienden maken wat ze altijd en overal deed. En het is opa die je als lezer bijna ontroert door zijn reactie erop.

School blijft een uitdaging, ze heeft volgens Claude de verkeerde pasvorm. Joy heeft geen ‘u-verlaat-de-gevangenis-kaart’ op zak en tijdens de zoveelste botsing tussen mevrouw Hunters regime en Joys vrije geest stormt ze de klas uit, naar buiten, de boom in! Een enorme eik op het schoolplein, het enige goede aan school. En een klasgenoot. Naar de plek waar ruimte is om te ademen en waar eindelijk haar vingers weer beginnen te tintelen. Magie! En dan komt er een schoolproject. Ze komen achter vervelend nieuws. De klimaatactiviste in de 10-jarige Joy wordt wakker. Een plan ontstaat met hulp uit onverwachte hoek.

Op het eerste gezicht een verhaal waarin niet veel spectaculairs gebeurt. Het zijn verhoudingen en emoties waar het omdraait met in de talige tekst vele metaforen en heerlijke humor. Pas tegen het eind van het verhaal speelt de boom van het omslag een echte rol. Een verhaal dat zich ook in Nederland had kunnen afspelen, maar door bijv. het te dragen van een schooluniform de jonge lezers leert dat dit zich in een ander land afspeelt. Wat opvalt is dat er verschillende uitdrukkingen of woorden voorkomen die voor de 8-jarige minder bekend zullen zijn. Mogelijk is dit de keuze van de vertaler Jenny de Jonge die het zondermeer levendig heeft vertaald, waardoor je uit de context van het verhaal e.e.a. kunt opmaken en het bijdraagt aan verbreden van de woordenschat, bijv. transplantatie, openbaring of stof laten neerdalen.
Het laat daarmee tevens zien hoe je ook woorden aan een gebeurtenis of emotie kunt geven: ‘tandpastaglimlach die op sterrenregen is gaan lijken’, ‘vleermuis rondje vliegt’ of ‘de klaagmuur’.

Soms klinkt iets als een wijze les waardoor lange zin of uitleg kan ontstaan:
We zijn geen zaadjes meer op de wind. We zijn iets met wortels en fundamenten, vast in de grond als een brug over een autosnelweg, of een lantaarnpaal, een boom.’ Nu zijn we vogels in gevangenschap, het tegendeel van vrij.

Een volgend moment lach je om woorden als glitterschoenen, lavavoeten of om de tovenaar en de Gele Klinkerweg. In de terugblikken wordt je nieuwsgierigheid gewekt door alle anekdotes over plaatsen waar Joy woonde en avonturen beleefde. Van de Indische Oceaan, Zanzibar tot een Zwitserse bergstroom of NYC.
In het begin geeft Joy telkens een andere invulling aan de ‘E’ van opa’s tweede voornaam. Als het bijna irritant gaat worden wordt ze er milder in. De sfeer wordt anders, ze leren elkaar kennen en er komt begrip voor elkaar. Het einde had daardoor wat minder abrupt mogen zijn.

Een fijn vlot verteld verhaal over aanpassingsvermogen, durf, verwondering en zelfreflectie waarbij oog voor zelf nadenken en niet hetzelfde zijn. ‘Joy’ geeft een opening tot gesprek over wat gewoon is of wat gewoontes zijn. De 10-jarige Joy maakt in korte tijd een flinke ontwikkeling door, mede door de opgedane ervaring en kennis in de praktijk.

‘En in een flits realiseer ik me ook dat dit is wat me de hele tijd heeft dwarsgezeten, dat ik een zaadje in de wind ben dat niet meer meegevoerd kan worden door de wind, maar vastzit in de grond en gedwongen is daar te blijven en maar op één plek te groeien.’

De enthousiaste optimistische Joy sluit je direct in je hart. Je hoopt dat Joy in het volgende deel nog meer dagen met zilveren randjes en tintelende magie ontdekt en dan komen de borden van het omslag vast ook aan bod. Wie weet kan ze zich met de vrienden van de boom positief inzetten voor natuur én klimaat!
Aanrader vanaf 8 á 9 jaar.

Jenny Valentine, Joy, illustrator Marieke ten Berge, vertaler Jenny de Jonge, Luitingh-Sijthoff, 2024, 128 blz., 9789021040103

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *