‘De dagen gaan voorbij alsof ik in de verkeerde trein zit. Een trein waar ik per ongeluk in gestapt ben die ergens heen gaat waar ik niet naartoe wil. Maar hij stopt niet en er is geen noodrem en ik kan er niet uit. Die trein heeft me weggehaald bij alles wat goed was, alles waar ik zin in had, wat ik wilde doen, meemaken. Want er is was zoveel en nu is er niets meer. En die trein gaat nooit meer terug naar waar hij vandaan kwam.’
Een trein als metafoor in het verslag van de 16-jarige Mylo, nadat hij flink door de mangel is gehaald door politie, justitie, familie, school, Marieke die zijn vriendin wás, Bastiaan de Begripvolle Baard-Bobo therapeut, kortom ‘een nachtmerrie die niet ophoudt’. Ze zoeken allemaal naar de waarheid. De reden: Mees is dood. Zijn beste vriend. Door hem. De patroon. Of was het oorzaak en gevolg? Ze hadden beter moeten weten, ‘dat je niet moet kutten met een patroon’.
Hij moet verwerken, ‘some things are unforgivable’, een ongeluk, weer dat ‘ze hadden beter moeten weten’. Hij vraagt zich af of hij op een breekpunt zit. Hij voelt zich al maanden ‘zwaar depressed’. Hij schrijft.
We lezen over een klont scheikunde, de Dora met epische shit en stoned, veertien miljard jaar, een bos dat ertussenuit is gepiept, verdriet als een blobmonster uit een Japanse manga en een conclusie dat je hart gewoon door bommest ondanks dat geen enkele cel bewustzijn heeft.
Een indringend met ook humor, bij je kladden pakkend verhaal, vol met beeldende tot filosofische zinnen, gelardeerd met Engelse woorden tot best pittige schuttingtaal. En het vreemde is dat als je dit leest als de pakweg 15-jarige jongere je het vast niet opmerkt, het past in het puberbrein en is als een soort vanzelfsprekend gegeven opgenomen in de tekst.
Het patroon van gebeurtenissen in de mannelijke familielijn geeft een nadenken mee over wat je bewust of onbewust meegeeft aan een volgende generatie. ‘Kinderen zien en voelen alles van de volwassenen om hen heen en slaan het op. Onderhuids. Onbewust. Voor altijd.’
Een als algemenere op te pakken zin geeft stof tot bespreken van wereldgebeuren: ‘Alles is één grote scheikundige reactie en iedereen wordt meegesleurd door hersencellen die stroompjes afschieten, waardoor we kogels afvuren. Of niet.’ Ofschoon het hele boek vol zit met te bespreken punten in lessen filosofie, geschiedenis – volg generaties in oorlogen – Nederlands en meer; vriendschap, dood, verdriet, rouw, familie, zelf handelen en vooral geestelijke gezondheid.
Mocht je ooit in Californië komen, zoek dan het punt op bij de Golden Gate Bridge waar opa en Mylo het wel lukt in gesprek te gaan en er een glimlach mogelijk is. Met herkenning in sfeer en omgeving lees je over hun tocht op zoek naar de in zijn vroege jeugd verdwenen vader, en zoon. Mylo heeft opa, zonder medeweten van moeder Dunja, zover gekregen dat ze naar Amerika gaan. Er moet een uitweg worden gevonden. Herinneringen komen boven. Ook zonder Alzheimer had dit gekund. Niet vertelde gebeurtenissen worden gedeeld. Mylo ervaart een patroon. Beklemming volgt. Er is maar één uitweg. Je hoopt dat iedereen op een bepaald moment ‘een kaboutermeisje’ tegenkomt waardoor de goede afslag wordt genomen in een leven.
Dit boek, deze ‘Patroon’: neem het op in de middelbare school mediatheek, lees het samen, bespreek het en zoek de ‘muurtjes’ op. Zet het op de lijst Boekenweek voor Jongeren. Vanaf ongeveer 15 jaar. Dit is Goed.
Marco Kunst, Patroon, Gottmer, 2022, 192 blz., 9789025775988
Eén gedachte over “Marco Kunst – Patroon”