Een boek dat al jaren oud is, in 1990 de Gouden Griffel won, en nog steeds leesbaar en actueel is.
Dat is bijzonder. Een realistisch verhaal dat gestoeld is op ervaringen uit de directe omgeving van de auteur. Geschiedenis, maatschappelijke thema’s, cultuur en enige geopolitiek krijg je bijna vanzelf mee in dit verhaal verteld vanuit de straatarme Santiago.
Negen jaar was hij toen zijn vader het nodig vond dat hij ging werken. School was verleden tijd. Op zijn vraag of hij dom moet blijven krijgt hij het antwoord: ‘Die twee dingen hebben niets met elkaar te maken.’ Santiago die vaker Curro wordt genoemd denkt daar anders over, maar je luisterde naar je ouders en vanaf die dag veranderde zijn leven. Door allerlei werk en inventieve handeltjes, bedelen deed je niet, levert hij een bijdrage aan geld voor wat eten. Soms een enkele korst zwart brood per dag. Brood was nog op de bon kort na de Spaanse Burgeroorlog. Geen brood van graan zoals we nu kennen, maar waar zelfs bonen ingingen die in feite varkensvoer waren. ‘Het witte brood was het brood van de rijken, het zwarte brood was het brood van de armen.’ Bellotas, een soort eikels, werden gezocht voor hun varkens, maar ook eetbaar voor henzelf waardoor ze jouwend ‘eikelvreters’ werden genoemd.
Het grote gezin waarvan Curro de oudste is, woont in een grot. Eerst nog met oma en later met nog meer kinderen. Een grot waarin het altijd vochtig was en zonder een brasero ook koud. Hout voor dit vuurtje moest illegaal worden gesprokkeld in het bos op de hellingen van het klooster. Het klooster waar een aantal grotbewoners een mager loon konden verdienen terwijl de pastoor en de inwonende studenten iedere dag aan een rijk gevulde tafel konden aanschuiven. De tegenstelling arm rijk is een alom aanwezig thema.
Door de beeldende vloeiende wijze van vertellen is het alsof je met Curro meeloopt de steile helling op, als hij geiten aan het hoeden is, cement mengt, in het klooster werkt, in aardewerk handelt of op route is om de illegale tabak te verhandelen. Door treffende details is het of je bijv. de intimiderende guarda ziet en het fretje voelt bijten. Je leest over de verschillende bevolkingsgroepen die in het dorp wonen, gebruiken rondom een overlijden en de Goede Week of het benoemen dat vaders door enkel een nummer soldaat in het Republikeinse leger waren of in het leger dat in opstand kwam tegen Franco dienst moesten nemen.
De werkelijk schitterende omslagillustratie in mooi gekozen kleuren is van Gouden Penseelwinnaar Ludwig Volbeda. Het geeft de sfeer van het verhaal met de geiten op de berg en de veelal observerende Curro exact weer. Ook de passende hoofdstukvignetten zijn van zijn hand.
Een rijk gelaagd boek waarvoor je tijd neemt om te lezen. Een literair tijdloos geschreven jeugdboek voor in feite ieder geïnteresseerde lezer ongeacht leeftijd. Eenmaal kennisgemaakt met de innemende Curro wil je verder lezen hoe het hem vergaat tot hij de 16-jarige leeftijd bereikt, jaren waarin hij alleen maar honger heeft gekend, en over alle mensen rondom hem die ondanks hun bittere armoede en het nooit vrijuit kunnen spreken positief in het leven staan.
‘Wat schaars is, is altijd duur en in ons vruchtbare land was jarenlang het voedsel schaars. Dat kwam doordat de regering in Madrid treinen vol van onze producten naar Duitsland en Italië stuurde om haar oorlogsschulden af te betalen, want die landen hadden haar geholpen de Burgeroorlog te winnen door kanonnen en geweren te sturen, en vliegtuigen en bommen.’
Vrede en welvaart lijkt zo vanzelfsprekend, maar Europa heeft ontzettend veel perioden van onrust gekend. En weer. Een blijvend relevant verhaal. Aanrader vanaf 12 jaar, onderbouw VO.
Els Pelgrom, De eikelvreters, omslagillustratie Ludwig Volbeda, Luitingh-Sijthoff, 2022, 240 blz., 9789024597321
Eén gedachte over “Els Pelgrom – De eikelvreters”