30 maart 2024

Uwe Wittstock – Februari 1933

Schrikbarend hoe snel een democratie om zeep geholpen kan worden – dat is een gedachte die tijdens het lezen meermaals opkwam. Ook: hoe rijk was tot 1933 het culturele leven in Duitsland!

Februari 1933 beschrijft bijna van dag tot dag hoe het politieke en sociale klimaat veranderde: beginnend op 28 januari met een high societyfeest voor de Duitse uitgeefwereld waar een licht onheilspellende sfeer heerst; eindigend op 15 maart wanneer razzia’s gericht op de eerste anti-nationaalsocialisten aan de orde van de dag zijn. Het verschil tussen de laatste dag dat een nog enigszins democratisch kabinet regeert en een tijd waarin een zelfbenoemde kanselier overvalploegen boekenkasten laat uitpluizen is stuitend.

Uwe Wittstock neemt je in vlotte stijl mee door de levens van schrijvers en andere figuren uit de culturele wereld, afgezet tegen de politieke gebeurtenissen. Zo lees je over Carl Zuckmayer, scenarioschrijver van onder andere Der blaue Engel, die WOI-veteraan was en nog in het eskader van de Rode Baron had gevlogen. Door zijn felle protesten en joodse achtergrond moest hij uiteindelijk Duitsland verlaten. Klaus en Erika Mann spreken zich direct via diverse media uit tegen de nieuwe machthebbers, terwijl hun vader Thomas daar jaren mee wacht. Gabriele Tergit verlaat het land snel, blijft eerst rondzwerven met het manuscript voor De Effingers, en maakt pas na de oorlog die grootse roman af.

Wat opvalt is de bereidheid van vroeg gevluchte schrijvers om elkaar te helpen. Bijvoorbeeld Lion Feuchtwanger, joods en auteur van een karikatuurschets van Hitler. Na een paar maanden afwezigheid begin 1933 kon hij al direct na de NSDAP-machtsovername niet meer naar huis terugkeren. Bij Marseille richt hij een ontmoetingsplaats voor andere ballingen op doortocht in.
Erich Maria Remarque, vanaf 1930 bij verschijning van zijn roman Im Westen nichts Neues en de Amerikaanse filmbewerking daarvan al direct in ongenade gevallen, was zijn leven niet meer zeker. Aan het Lago Maggiore richt hij een toevluchtsoord voor collegaschrijvers in en helpt hen op doorreis.

Uwe Wittstock legt in een nawoord uit hoe hij naar het voorhanden zijnde bronnenmateriaal gekeken heeft. In de vele schrijversdagboeken en notities zijn tegenstrijdigheden te vinden; ook moest hij om achteraf opgeschreven goedpratende gedachten laveren. Het is bewonderenswaardig hoe het hem is gelukt om er een lopend verhaal van te maken en aan te tonen hoe kostbaar recht en democratie zijn.

Verder lezen doe je bijvoorbeeld in de trilogie over Klaus Mann door Rindert Kromhout, Victor Klemperer met LTI (waarin hij de taal van het Derde Rijk analyseert) en natuurlijk in de Exilliteratur van de gevluchte auteurs.

Uwe Wittstock, Februari 1933, vertaling: Michel Bolwerk, Cossee, 2022, 348 blz., 9789464520484.

Eén gedachte over “Uwe Wittstock – Februari 1933

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *