20 juli 2025

Joost Oosterwijk – De kattengeest

Het boek viel op door de illustratie. Sober in kleur, vormen vrij strak neergezet, mensen als anonieme schaduwen, gezichtsuitdrukking ontbreekt, en die witte kat die je wél aankijkt. De in verhouding enorme kat ten opzichte van het straatbeeld is lichtgevend wit wat het geheel surrealistisch maakt tot licht absurd. Een gedachte aan verhalen van Murakami of Van Essen komt boven of een schilderij van Magritte. Om in jeugdboekensfeer te blijven: de omslagillustratie van Duizend & Ik gemaakt door Yvonne Lacet kan er zo naast worden gezet.

De kattengeest is niet eenvoudig. Het werd een boek dat van de werkstapel verdween naar het komt-misschien-nog-eens-vak en vice versa. Er werd gemopperd en toch bleef de kat trekken.
Een prentenboek heeft het stempel alleen voor jonge kinderen, veelal kleuters, te zijn. Nog steeds helaas. Een boek uit dit genre kan zondermeer de hele basisschooltijd én daarna worden ingezet, maar of én: dit is er eentje uit de buitencategorie. Het zat dwars dat de echte bedoeling, een verhaallijn niet exact kon worden gegrepen. Het bleef bij gedachten en bedenken, gevoel groeide, tot er na de zoveelste keer toch even bladeren een lampje aanging voor woorden.

Het niet eenvoudige zit vooral in het feit dat er zoveel richtingen in kunnen worden geslagen. De eerste zinnen impliceren dat iedereen in de stad de geesten ziet en daarmee niet alleen de kat maar ook de duiven van de schutbladen of het later het verhaal binnen trippelende muisje. Vrij snel lijkt alleen Anna met de dieren – omgeven door sprankeltjes licht – te kunnen spreken of in ieder geval herkennend contact te kunnen leggen. Anna zoekt, de kat zoekt, zoeken ze hetzelfde?

Met Anna maak je kennis op het titelblad, je kunt denken dat je haar in de verte met een volwassene op het schutblad ziet. Dé of een volwassene? De symbolische betekenis van drie duiven? Anna is de enige die kleur draagt. In het straatbeeld zie je figuren ‘onderweg’, ook Anna die de uit de kluiten gewassen kat tegenkomt: ‘Anna was op weg naar huis toen ze hem vanuit haar ooghoeken zag.’ Anna wil de kat naar huis brengen, maar waar is thuis? Wat is thuis toen of nu? En welk thuis, het thuis van de kat of het thuis van Anna? Van hoeveel personen?

Anna laat je de openbare ruimte van de stad zien. Het is duidelijk dat Anna niet onbekend is met openbaar vervoer en de wijze waarop de stad planologisch is ingedeeld. Ze pakt het praktisch en verstandig aan. Anne weet een verlichte stadplattegrond te hangen in de voetgangerspassage van een trein- of metrostation. De conclusie dat het verhaal zich in de wintertijd afspeelt trek je niet alleen door de muts die ze draagt: het is om 17.00 u al donker. Dat het aan een eind van de werkdag is, is ook op te maken uit het diverse forensenverkeer, misschien zelfs de volle afvalbak.

Maar kunnen Anna en de kat een thuis, een bestemming, vinden? Ook met een plattegrond in de hand is het lastig en ze worden moe. De kat hangt met vermoeide kop en lijf rondom een bankje, de tekst vertelt dat Anna haar benen moe zijn. Opgeven? Nee. ‘Want soms vind je hulp op de vreemdste plekken.’
Een plots verschijnend geestenmuisje lijkt vanuit de stadsbus hen richting te geven. Tussendoor hoge gebouwen, langs lege kantoren, over spoorbruggen totdat de kat een blijk van herkenning, van thuis zijn en tevredenheid geeft. Of betreft dit Anna? Het doelloze ronddwalen lijkt een eindpunt te hebben bereikt.

Op dit punt wat lijkt op berusting komt duidelijker naar voren van wat je al kunt vermoeden en een interpretatie kán zijn: ‘De kattengeest’ kan gezien worden als een vorm van rouwverwerking. Of het nu een kat, een ander dier of een mens is, Anna mist iemand.
Ze dwaalt door de stad op zoek naar een bepaalde plaats. Misschien was het een plek waar de gemiste woonde of juist een plaats waar ze met iemand een mooi onuitwisbaar moment meemaakte. Het lijkt de fase te zijn waarin je iemand die is overleden heel duidelijk voor je ziet, gewoonweg ‘werkelijk’ ziet lopen en volgt tot het ‘goed’ is, er loslaten en afscheid mogelijk is. Anna lijkt er ook vrede mee te hebben als ze bij een oplichtende boom zijn aangekomen: ‘Toe, ga maar,’ zei Anna zacht.

Vanaf dat moment wordt door Anna weer enige kleur in haar leventje toegelaten. Haar verdriet en het missen is nu behapbaar, als in ‘piepklein’ geworden. Het wordt lichter. Ze geeft aan: ‘Ze was blij dat ze nu de weg wist.’ De weg hoe ze om kan gaan met missen waarvan de scherpe randjes achter zijn gelaten in de stilte van de stad. De weg die ze samen met een grote lieve geest heeft afgelegd om naar huis terug te keren met een verkleinde versie die behapbaar is. Waren ze misschien eerst met z’n drieën?

Maar. Zijn er meer die aan het zoeken zijn? ‘Ze zwierven door de straten, maar wat ze zochten, wisten de mensen niet.’ Naar wat of wie? Volgende vragen die een interessant gesprek kunnen opleveren. Is het echt wat Anna heeft meegemaakt of heeft ze realistisch gedroomd? Is het fantasie? Is het dus verwerking? Veel gedachten en mogelijkheden is wat dit prentenboek de lezer zomaar geeft.

Op de website van Joost Oosterwijk kun je lezen dat hij met ‘De kattengeest’ een andere weg heeft ingeslagen wat betreft soort werk. In de illustraties werd al opgemerkt dat er met een bepaalde precisie de stadsruimte is ingericht. De verhoudingen kloppen, er is volop aandacht voor straatmeubilair, oog voor details aan en op gebouwen (graffiti, een verschijnend nijnfiguur, een billboard, ventilatie), de vervoersmiddelen. Het kan bijna niet anders dan dat er een stedenbouwkundige of weg- en waterbouw gerelateerde achtergrond schuil gaat achter deze met vaste hand geïllustreerde objecten en ervaringen. Het spelen met lichteffecten kun je niet missen. Het zijn niet alleen de geesten die oplichten, ook in sfeer is er een merkbare verandering in licht en donker ondanks het beperkt kleurgebruik. Inderdaad, Joost Oosterwijk was werkzaam als architect en lichtontwerper. 

Een bijzonder bijna vervreemdend prentenboek waarin volop ruimte is voor eigen interpretatie en filosofische vraagstukken. ‘De kattengeest’ is zowel opvallend uniek geïllustreerd als voorzien van bondige treffende tekst. Een intrigerend gelaagd werk. Het maakt zeer nieuwsgierig naar meer. Naar én illustraties én tekst van Joost Oosterwijk.

Een leeftijdloos prentenboek, van jonger tot ouder.

Joost Oosterwijk, De kattengeest, Querido, 2025, 40 blz., 9789045130583

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *