7 maart 2024

Tom Lanoye over De draaischijf

‘Ik bén ook theater’

Romancier, dichter en theaterauteur Tom Lanoye liep al een tijd met de gedachte aan een Tweede Wereldoorlog-roman rond. Totdat hij in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag onder het podium oog in oog kwam te staan met de in onbruik geraakte draaischijf: alles voor een goed verhaal viel op zijn plek. Nu is er De draaischijf, een roman die op alle manieren theater ademt. 

Wanneer ik die zin tegen de auteur zeg, beaamt hij direct: ‘Dit boek kan ik vervangen door mezelf, ik ben ook theater. Bij mij lopen boeken, theaterteksten, voordrachten en lezingen door elkaar. Alles wat we nu aan literaire teksten hebben, vindt haar oorsprong in het gesproken en gezongen woord – troubadours, komedianten. De roman is een relatief jong tekstgenre. Mijn verhaal speelt zich af in de theaterwereld met het acteren als groot symbool voor zowel machtsuitoefening van het nazistische systeem als anderzijds het theater van mensen die zich proberen staande te houden in een uniform systeem, die moeten acteren dat ze het eens zijn met de bezetter. De draaischijf is geïnspireerd door de levens van twee Antwerpse acteurs die na de oorlog in Den Haag zijn beland en bevat verder andere historische elementen, maar is geen documentair boek. In die zin is mijn verhaal ook een theaterspel. Daarbij komt dat wanneer je toneel kijkt, je onvermijdelijk meegaat in de fantasie en reflecteert op je eigen leven.’  

(c) Arthur Los

Alleenspraak 
De draaischijf, een vuistdikke roman, is een alleenspraak van hoofdpersonage en theaterdirecteur Alex Desmedt. Tijdens de oorlog probeert hij zo goed en zo kwaad als het gaat het Bourlatheater in Antwerpen open te houden en producties door te laten draaien. Soms is daar een etentje met de Stadtkommissar voor nodig of het schrappen van een stuk dat bij de Duitsers niet goed valt, en zijn Joodse vrouw mag niet meer acteren, maar Alex doet alles voor het goede doel. Toch? Waar ligt de grens tussen een beetje meebewegen met de bezetter en collaboratie? Lanoye zegt daar zelf over: ‘Door het lezen van een historisch werk word je verplicht om je af te vragen wat je zelf zou doen. Het is onderdeel van het boek, van het spel, dat de verteller onbetrouwbaar is. Alex voert zijn toneeltje op. Ik ben dan wel de schrijver, maar ik schrijf de stem die de lezer doelbewust bespeelt. Geloof je hem, heb je compassie? Er is voor de lezer zelf ook iets te doen. Mede hierdoor heb ik al veel reacties ontvangen. Er volgt een afrekening in het verhaal. Wat zou je hem zelf ten laste leggen? 
‘De nazi’s hadden een duidelijk doel met de uitvoerende kunsten zoals toneel. De stukken van hun idolen als Schiller, Goethe en Wagner werden opgevoerd, waarmee het regime mede werd gelegitimeerd. De visie van Hitler was “Als de wapenen spreken, mogen de muzen niet zwijgen”, een uitspraak die je leest wanneer Alex’ theatergezelschap onder de naam van Deutsches Theater in den Niederlanden in de Haagse Stadsschouwburg optreedt. Rijkscommissaris van Nederland Arthur Seyss-Inquart verrichtte met Goebbels de opening. Dit kun je nog altijd terugvinden in de archieven.’ 

Historie  
Pas sinds enkele jaren wordt er meer bekend over de oorlogsgeschiedenis van Antwerpen. Zowel Belgen als Nederlanders zien historische gebeurtenissen gepresenteerd in de roman, die soms maar deels bekend zijn zoals het Geallieerde bombardement op Mortsel. ‘Er is in Antwerpen op slechts een paar plaatsen een verwijzing naar de oorlog, ondanks de specifieke geschiedenis hier. Nergens in België waren verzet, collaboratie en jodenvervolging zó groot. De haven was na de Bevrijding heel belangrijk en zorgde voor inkomsten, een figuurlijke draaischijf. Voor de Duitse V1- en V2-bommen was het een groot doelwit en dankzij het verzet is het ongehavend in geallieerde handen gekomen.  

‘Ik vond dat de feiten zoals het vergisbombardement met ruim negenhonderd doden niet mochten ontbreken in het boek. De lezers kunnen zich zo in de geschiedenis van hun buurland verdiepen, want ondanks de gedeelde bezetting kent ieder een ander verhaal. De leukste berichten die ik uit Nederland ontvang, gaan erover dat “een Belg ons moet leren hoe de geschiedenis van de Koninklijke Schouwburg was”. Op mijn website heb ik een bronnenlijst voor De draaischijf gepubliceerd, zodat iedereen zelf het polygoonjournaal over het Deutsches Theater kan bekijken. Er valt zoveel terug te vinden.’ 

Bonbons 
Zoals je leest, is het verhaal rijk aan details. Ook bekende negentiende- en twintigste-eeuwse literatuur passeert de revue, zoals Heinrich von Kleist, Klaus Mann, Paul van Ostaijen en Hugo Claus. 
‘Voor degenen die geen historische achtergrondkennis hebben, is het boek perfect te lezen. Maar wie wel een en ander weet en de toneel- en literatuurverwijzingen herkent, krijgt de beste Belgische bonbons voorgeschoteld die je ooit gegeten hebt.’    

Zie voor deze bonbons de website www.lanoye.be/de-draaischijf!  

Tom Lanoye, De draaischijf, Prometheus, 2022, 480 blz., 9789044649321.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *